tip

tip

Willekeurige afschrijving bedrijfsmiddelen 2023

Naast de willekeurige afschrijving op milieubedrijfsmiddelen en de willekeurige afschrijving voor startende ondernemers, is er in 2023 een eenmalige nieuwe regeling willekeurige afschrijving.
Deze regeling geldt voor bepaalde nieuwe bedrijfsmiddelen. Die bedrijfsmiddelen kunt u voor maximaal 50% willekeurig afschrijven.Op het restant past u de gewone afschrijving toe.

Voorwaarden nieuwe regeling U moet het bedrijfsmiddel in het kalenderjaar 2023 hebben gekocht of voortgebracht, en u moet het in gebruik nemen vóór 1 januari 2026.

Bedrijfsmiddelen waarvoor de nieuwe regeling niet geldt:
De volgende bedrijfsmiddelen komen níet in aanmerking voor de nieuwe regeling willekeurige afschrijving:

  • gebouwen
  • schepen
  • vliegtuigen
  • bromfietsen
  • motoren
  • personenauto’s die niet zijn bestemd voor beroepsvervoer
    personenauto’s zonder CO2-uitstoot komen wel in aanmerking voor de willekeurige afschrijving.
  • immateriële activa zoals vergunningen en goodwill
  • dieren
  • bedrijfsmiddelen die hoofdzakelijk zijn bestemd voor verhuur
  • voor het openbaar verkeer openstaande wegen en paden, inclusief bruggen, viaducten, duikers en tunnels
  • bedrijfsmiddelen die al willekeurig worden afgeschreven op grond van een andere regeling

     

     

Tags: 
tip

Belasting plan 2019

4. Vennootschapsbelasting

4.1. Tarieven en grondslag vennootschapsbelasting

4.1.1. Tarieven. Vanaf 2019 gaat het tarief van de vennootschapsbelasting stapsgewijs omlaag. In 2019 wordt het tarief van de eerste tariefschijf (voor het deel van de winst tot en met € 200.000) verlaagd van 20% naar 19%. Het tarief van de tweede tariefschijf (voor het deel van de winst boven € 200.000) blijft 25% in 2019.

4.1.2. Versoberen voorwaartse verliesverrekening Het aantal jaren dat verliezen in de vennootschapsbelasting voorwaarts kunnen worden verrekend, wordt vanaf 2019 beperkt van 9 tot 6 jaar. Verliezen uit 2018 kunnen nog 9 jaar worden verrekend tot en met uiterlijk 2027. Verliezen uit 2019 kunnen nog maar tot en met uiterlijk 2025 worden verrekend.

4.1.3. Beperking afschrijven gebouwen De afschrijving op gebouwen in eigen gebruik in de vennootschapsbelasting wordt beperkt. Vanaf 2019 mag nog maar worden afgeschreven tot 100% van de WOZ-waarde (voorheen 50% van de WOZ-waarde). Voor bedrijven die gebouwen ter belegging hebben gold deze afschrijvingsbeperking tot 100% van de WOZwaarde al. Is een gebouw voor 1 januari 2019 in gebruik genomen en is op dat gebouw vóór die datum nog niet over drie volledige boekjaren afgeschreven? Dan mag nog gedurende het restant van die periode volgens de oude regels worden afgeschreven. De beperking van de afschrijving op gebouwen in eigen gebruik tot 100% van de WOZ-waarde geldt niet voor belastingplichtigen in de inkomstenbelasting.

Aanpassingen in Activamanager plus 2019.1

Vanaf versie 2019.1 wordt in ActivaManager plus vastgelegd of uw bedrijf aangifte vennootschapsbelasting moet doen. Zodra er afschrijvingen berekend worden in het jaar 2019 of daarna wordt er eenmalig gevraagd of u VPB plichtig bent. Zo nee dan blijft alles bij het oude, zo ja dan is bovengenoemde afschrijvingsbeperking van toepassing. Gebouwen, bestemd voor eigen gebruik, mogen vanaf 2019 slechts afgeschreven worden tot 100% van de WOZ waarde, vóór 2019 mochten gebouwen, bestemd voor eigen gebruik, afgeschreven worden tot 50% van de WOZ waarde. Onderstaande overgangsregeling is van toepassing.

Is een gebouw voor 1 januari 2019 in gebruik genomen en is op dat gebouw vóór die datum nog niet over drie volledige boekjaren afgeschreven? Dan mag nog gedurende het restant van die periode volgens de oude regels worden afgeschreven.

Voorbeeld: een gebouw, verkregen halverwege 2017 en bestemd voor eigen gebruik, mag derhalve in 2018, 2019 en 2020 afgeschreven worden tot 50% van de WOZ waarde. Vanaf 2021 geldt de afschrijvingsbeperking en mag er afgeschreven worden tot 100% van de WOZ waarde. Het is dus van belang om correct aan te geven of een gebouw voor eigen gebruik bestemd is en of u VPB plichtig bent.

Zowel de nieuwe afschrijvingsbeperking als de overgangsregeling is ingebouwd in ActivaManager plus versie 2019.1.

Tags: 
tip

Einde tijdelijke regeling willekeurige afschrijving

Tot en met 2011 kon u bedrijfsmiddelen willekeurig afschrijven.
Dit was een tijdelijke regeling, die per 2012 is vervallen.
De regeling geldt niet meer voor bedrijfsmiddelen die u aanschaft in 2012.
De willekeurige afschrijving geldt alleen nog voor bepaalde milieubedrijfsmiddelen (de VAMIL-regeling).

U maakte eerder gebruik van de tijdelijke regeling willekeurige afschrijving

Versie 2012.3 beschikbaar

Deze versie is gebaseerd op Microsoft. NetFramework 3.5 en geschikt voor Windows XP en nieuwer.
Download versie 2012.3
Belangrijkste wijzigingen:

2012.3
- In het hoofdscherm zijn 3 nieuwe filters toegevoegd, waarvan 2 zogenaamde 'TypeAhaed' filters
- De schermlayout is op enkele plaatsen aangepast.
- De overzichten 'Fiscaal afgeschreven' en 'Commercieel afgeschreven' zijn nieuw in deze versie.

2012.2
- Er is een nieuwe mogelijkheid toegevoegd om historische afschrijvingen in te voeren.

2012.1
- De layout van een aantal schermen is aangepast.
- Het toepassen van willekeurige afschrijvingen is vereenvoudigd.

2011.4
- Het navigeren door een activastaat is eenvoudiger door nieuwe zoek en filter mogelijkheden.
- Het importeren van excelsheets is makkelijker gemaakt.

2011.3
- Er wordt automatisch een backup gemaakt tijdens het openen van een nieuw boekjaar.
- Mogelijkheid tot het aanmaken van journaalposten, welke beschikbaar zijn

  • als importbestand voor Unit4 Accounting
  • als excel bestand
  • als pdf bestand
  • op het scherm

hoofdmenu

Tags: 
tip

Belastingplan 2011 door 2e kamer aangenomen.

De tweede kamer heeft het belastingplan 2011 met grote meerderheid aangenomen, zie Belastingplan 2011.

Het Belastingplan 2011 bevat diverse maatregelen die ondernemerschap stimuleren. Zo wordt de vennootschapsbelasting in 2011 met een half procent verlaagd tot 25%. Verder wordt de vennootschapsbelasting over de eerste € 200.000 aan winst verlaagd tot 20%, waarmee het ‘MKB-tarief’ definitief wordt gemaakt.

Daarnaast krijgt de liquiditeitspositie van het bedrijfsleven een flinke impuls door het verlengen van de verruimde mogelijkheid tot achterwaartse verliesverrekening, de definitieve invoering van de btw-kwartaalaangifte voor alle bedrijven in Nederland en het verlengen van de regeling voor tijdelijke versnelde afschrijving. De fiscale stimuleringsregeling ter compensatie van de loonkosten voor speur- en ontwikkelingswerk (WBSO) wordt op diverse punten blijvend verruimd en om innovatief ondernemerschap verder te bevorderen wordt de innovatiebox uitgebreid. Tot slot wordt de werkkostenregeling, die in 2011 van kracht wordt, op verzoek van werkgevers nog op een aantal punten verder versoepeld.

Tags: 
tip

Afschrijving(en) vergeten ?

Als u vergeet af te schrijven kunt u dit in latere jaren alsnog corrigeren. Dit heeft de Rechtbank in Arnhem bepaald.

Procedure rechtbank Arnhem

Een BV was vergeten om over de periode 1993 tot en met 2000 af te schrijven over zijn bedrijfspand (een bedrijfsverzamelgebouw). De Rechtbank Arhem heeft bepaald dat dit niet in overeenstemming is met goed koopmansgebruik en de wet. Omdat er sprake is van een duidelijke

afschrijvingsgfout is de foutenleer van toepassing en kan de BV alsnog de extra afschrijving (ruim 1.500.000 euro) in mindering brengen op de winst in 2002. De rechtbank corrigeert in de zitting nog wel de restwaarde, maar dit terzijde.

Foutenleer

De foutenleer is evenzo als het ambtshalve verzoek en de hardheidsclausule een manier om alsnog fouten te corrigeren terwijl de termijnen voor bezwaar en beroep formeel zijn verstreken. Deze route wordt in de praktijk vaak vergeten. De fouten uit het verleden kunnen in sommige gevallen in het oudst nog openstaande jaar worden hersteld.

Tags: 
tip

Software, wel of niet activeren?

Software als bedrijfsmiddel ?

Een interessante vraag bij de aanschaf van sofware is of dit nu een bedrijfsmiddel is of niet. Als het een bedrijfsmiddel is, moet je het activeren en over de aanschaffingskosten afschrijven. Als bedrijfsmiddel kwalificeert de software dan ook voor de investeringsaftrek. Is de software geen bedrijfsmiddel, dan valt de aanschaf direct in de kosten dan wel wordt deze behandeld als transitorische post.
De vraag wanneer de betaling voor c.q. de aanschaf van software nu kwalificeert als een bedrijfsmiddel, is niet altijd even gemakkelijk te beantwoorden. Uit de jurisprudentie valt af te leiden dat een eenmalige betaling voor het gebruik van software een bedrijfsmiddel doet ontstaan. Terwijl bij een jaarlijkse betaling voor dat gebruik meer kan worden aangenomen dat sprake is van huur van de software. Een ander belangrijk criterium – zo niet een essentieel criterium – is ook of men de eigendom/het exploitatierecht over de software heeft verkregen. Wordt de eigendom/het exploitatierecht van de software ten behoeve van de onderneming verkregen, dan is sprake van een bedrijfsmiddel (tenzij het gaat om een relatief en absoluut gering belang, dan mag het weer direct in de kosten). In de jurisprudentie worden uitgaven voor software waarvan het exploitatierecht bij derden ligt, beschouwd als een last (of als het zijn nut over meerdere jaren heeft, als een transitorische post) en niet als bedrijfsmiddel. Software die kwalificeert als bedrijfsmiddel kan ook in aanmerking komen voor investeringsaftrek.

Activering

Aangeschafte software die kwalificeert als bedrijfsmiddel moet geactiveerd worden. Kosten van implementeren zullen ook onder de aanschafkosten vallen. De aanschafkosten van een bedrijfsmiddel zijn niet beperkt tot de koopprijs, maar volgens de jurisprudentie behoren daartoe ook de kosten die met de aankoop samenvallen en die met de koopprijs het bedrag uitmaken dat de onderneming voor de verkrijging van dat bedrijfsmiddel moet opofferen. Voorbeelden van dergelijke kosten zijn: aankoopkosten, installatiekosten, transportkosten, etc. De kosten van de implementatie moeten daarom ook geactiveerd worden. Daar staat tegenover dat indien deze kosten van geringe waarde zijn, die gewoonlijk tot de lopende uitgaven van de onderneming worden gerekend, deze wel in een keer ten laste van de winst mogen worden gebracht. Mocht bijvoorbeeld in het contract met betrekking tot de aanschaf, licentie, implementatie etc. bijvoorbeeld een ‘helpdesk element’ betreffende het eerste jaar na de aanschaf zitten, dan kan deze component ineens ten laste van de winst worden gebracht.

Afschrijving

Op grond van de afschrijvingsregels die sinds 1 januari 2007 van kracht zijn, kan in beginsel per jaar maximaal 20% van de aanschaffingskosten worden afgeschreven. Mocht er sprake zijn van een restwaarde, dan dient hiermee bij het bepalen van de hoogte van de afschrijvingen rekening te worden gehouden. De software wordt op deze manier in vijf jaar afgeschreven.

Echter, een extra last is mogelijk indien de bedrijfswaarde lager is dan de kostprijs minus afschrijving. Bedraagt de bedrijfwaarde namelijk minder, dan kan op grond van goed koopmansgebruik een afboeking plaatsvinden naar deze lagere bedrijfswaarde. Als ondernemer moet je echter bewijzen dat de bedrijfswaarde lager is dan de kostprijs minus afschrijvingen. Dit bewijs is niet altijd even makkelijk te leveren.

Indien software voor een beperkte periode, bijvoorbeeld 3 jaar, is aangeschaft, waarna het pakket niet meer gebruikt kan worden, dan lijkt het bewijs eenvoudig te leveren. In de praktijk komt het er op neer dat men in zo’n geval in de eerste drie jaar 20% afschrijft maar aan het einde van het derde jaar, naast de 20% afschrijving, ook de rest van de boekwaarde afboekt naar nul (zijnde de lagere bedrijfswaarde).

Last of transitorische post

Indien de aangeschafte software niet kwalificeert als bedrijfsmiddel zal het een last van het jaar zijn. Bij een betaling ineens, kan deze betaling, indien het ook een relatief en absoluut gezien behoorlijk bedrag is, als transitorische post verwerkt moeten worden. Bij transitorische posten gaat het om bedragen die ineens betaald zijn, maar die ook betrekking hebben op het volgende jaar of volgende jaren. Het gedeelte dat ziet op het volgende jaar of volgende jaren moet aldus als transitorische actiefpost worden verwerkt.

Bron: http://www.accountancynieuws.nl/actueel/fiscaliteit/discussie-over-softw...

Tags: 
tip

Herinvesteringsreserve (HIR)

Tot 2001 kenden we de vervangingsreserve. Deze is toen vervangen door de herinvesteringsreserve. Door de herinvesteringsreserve kunt u belastingheffing op gerealiseerde winsten bij verkoop van bedrijfsmiddelen doorschuiven naar de toekomst. Aan de herinvesteringsreserve zijn wel voorwaarden verbonden, de belangrijkste voorwaarden worden hieronder nader toegelicht.

1. Voornemen om te investeren

De ondernemer of de BV moet een voornemen hebben om te herinvesteren. U moet dit aannemelijk maken, het is dus verstandig dit in een (directie) besluit en/of notulen vast te leggen. Daarnaast moet u overige informatie die uw voornemen kunnen bekrachtigen bewaren.

2. Economische functie

Een bedrijfsmiddel dat in meer dan 10 jaar wordt afgeschreven moet worden vervangen door een bedrijfsmiddel met dezelfde economische functie (uitzondering overheidsingrijpen). Een bedrijfspand in eigen gebruik vervangen door een bedrijfspand dat aan derden worden verhuurd is niet toegestaan. Voor bedrijfsmiddelen die gedurende minder dan 10 jaar worden afgeschreven geldt deze voorwaarde niet. Een boekwinst op een auto kan dus worden gebruikt om te herinvesteren in een aanhanger of machine.

3. Boekwaarde

De boekwaarde van het nieuwe bedrijfsmiddel mag na afboeking van de herinvesteringsreserve niet lager zijn dan de boekwaarde van verkochte / vervangen bedrijfsmiddel.

4. Investeren binnen 3 jaar

Als u niet binnen 3 jaar een herinvestering pleegt moet de reserve belast vrijvallen. Bij bijzondere omstandigheden kunt u met de belastingdienst overleggen over een termijnverlenging, doe dit wel tijdig (artikel 3.54 lid 5 Wet op de Inkomstenbelasting). Een termijnverlening is bij bijzondere omstandigheden mogelijk.

Willekeurige afschrijving en herinvesteringsreserve

Er kan geen herinvesteringsreserve worden gevormd als een bedrijfsmiddel willekeurig is afgeschreven (artikel 3.54 lid 8 Wet op de Inkomstenbelasting)

Voorbeeld

Een pand met een boekwaarde van 100.000 euro wordt verkocht voor 300.000 euro. Er wordt twee jaar later een nieuw bedrijfspand gekocht voor 300.000 euro. De herinvesteringsreserve kan volledig worden gebruikt, de nieuwe boekwaarde wordt namelijk precies 100.000 euro. Er is geen belastingheffing verschuldigd over 200.000 euro boekwinst.

bron: http://www.belastingtips.nl/zakelijk/belastingtips_bedrijven/herinvester...

Tags: 
tip

Pages